Transplantatie Centrum

Anesthesie bij orgaantransplantatie

In gesprek met Marije Reekers, anesthesioloog met aandachtsgebied anesthesiologie bij levertransplantaties.

Wat doet een anesthesioloog?

Om te beginnen ben ik anesthesioloog, dit betekent dat ik zorgdraag voor patiënten die geopereerd worden of een onderzoek ondergaan. Op de dag van de ingreep begeleid ik de patiënt naar de operatiekamer. Na een gezamenlijke briefing met de patiënt en het hele operatieteam voer ik de afgesproken anesthesietechniek uit. Hierbij word ik altijd geassisteerd door een anesthesiemedewerker.

Over het algemeen betekent het dat de patiënt daarna in slaap wordt gebracht. Tijdens de ingreep blijft er continu iemand van het anesthesiologisch team bij de patiënt in de buurt om goed op hem/haar te letten en alle lichaamsfuncties in de gaten te houden.

Algehele anesthesie noemen we ook wel narcose. Hierbij is het hele lichaam verdoofd en is de patiënt buiten bewustzijn. De patiënt merkt niets van de operatie en kan zich er later ook niks van herinneren. De slaapmiddelen krijgt de patiënt via een infuus, en de patiënt wordt beademd. De hartslag, bloeddruk, het zuurstofgehalte en de diepte van de anesthesie worden ook in de gaten gehouden.

Anesthesie bij levertransplantaties

Het team van anesthesiologen die bij levertransplantaties betrokken zijn, is een klein team dat in de afgelopen jaren veel expertise heeft opgebouwd bij deze specifieke transplantatie. Bij het gehele zorgpad levertransplantatie spelen de anesthesiologen van dit team een rol. Zij zijn betrokken bij het multidisciplinair overleg en de wachtlijstbespreking. Zij denken mee over het goed in conditie brengen en houden van patiënten voor de operatie, zodat na de levertransplantatie de patiënt voorspoedig herstelt. 

Het geven van anesthesie bij een levertransplantatie kan heel uitdagend zijn. De transplantatie kan gepaard gaan met veel bloedverlies en wisselingen van bloeddruk, daarnaast wordt er tijdens de operatie al gestart met het onderdrukken van de afweer. Daarom wordt er meer en andersoortige medicatie gegeven dan bij een standaard operatie, denk hierbij aan immunosuppressie en medicatie om de bloeddruk te ondersteunen.

Een levertransplantatie is een langer durende ingreep, daarom is er een intensieve samenwerking en communicatie met het chirurgisch team. Van beide kanten houden we elkaar goed op de hoogte over hoe de operatie technisch verloopt en hoe de patiënt hierop reageert.

Meten is weten

Een belangrijk instrument van het anesthesiologisch team is het meten van de vitale functies. Omdat een levertransplantatie gepaard kan gaan met veranderingen van vitale functies worden diverse infusen ingebracht om dit goed te meten. Een voorbeeld hiervan is een infuus die de bloeddruk meet van hartslag tot hartslag (arterielijn). Daarnaast wordt er ook altijd een specifiek infuus ingebracht, dit infuus kan medicatie rechtstreeks in het hart toedienen (centraal veneuze lijn).

Ook kan er een verstoring van de bloedstolling optreden door de leverziekte van de oude lever. Om dit goed in de gaten te houden, voert het anesthesiologisch team extra testen uit. Het is daarom vaak nodig om extra bloed- en stollingsproducten te geven.

De nieuwe lever is getransplanteerd

Wanneer de levertransplantatie klaar is, brengt de anesthesioloog samen met de chirurg de patiënt naar de Intensive Care (IC). De patiënt slaapt dan nog en wordt ook nog beademd. Samen dragen de chirurg en anesthesioloog de patiënt over aan de intensivist, de arts van de IC. Over het algemeen blijft de patiënt één dag op de Intensive Care, daarna gaat de patiënt terug naar de verpleegafdeling.

De anesthesioloog is het gehele zorgpad betrokken, van de screening tot wachtlijst plaatsing en van multidisciplinaire overleggen tot de operatie zelf. Er is een intensieve samenwerking met de chirurgen op de operatiekamer en daarnaast natuurlijk ook met de Maag-Darm-Lever artsen en verpleegkundig specialisten binnen dit zorgpad.