Patiëntenfolder

Uw herstel na opname op Intensive Care Volwassenen

U bent opgenomen geweest op de Intensive Care-afdeling van het LUMC. Deze patiëntenfolder geeft informatie over wat u kunt verwachten bij uw herstel. 

Deze informatie is opgesteld door de afdeling Intensive Care.

Als u ernstig ziek bent geweest en daarvoor op de Intensive Care (IC) bent behandeld en verzorgd, kan het een tijd duren voordat u weer goed hersteld bent. Het verschilt van patiënt tot patiënt hoe u zich voelt en hoe lang het duurt om weer terug te keren in uw dagelijkse leven. Dat hangt af van de duur en ernst van de ziekte en van de daarvoor verleende behandeling en zorg. Na uw verblijf op de IC kunt u verschillende lichamelijke en geestelijke verschijnselen ondervinden. Deze klachten worden samen het Post Intensive Care Syndroom (PICS) genoemd. Deze kunnen uw herstel of uw beleving daarvan hinderen. De meeste klachten heeft de patiënt in de eerste maanden na het ic-verblijf. Maar de restverschijnselen kunnen nog tot 2 jaar in intensiteit afnemen. In deze folder vindt u hierover meer informatie. Zo kunt u beter inschatten wat u kunt verwachten tijdens uw herstel en voor welke problemen u advies of behandeling nodig hebt. Laat ook uw directe naasten/familie deze folder lezen. De informatie kan ook hen helpen om uw situatie op weg naar herstel beter te begrijpen en u bij te staan.

Overplaatsing naar verpleegafdeling  

De overplaatsing naar de reguliere verpleegafdeling kan een grote overgang zijn voor u en uw naasten. Waar u op de IC continu bewaakt werd, worden de vitale functies op de verpleegafdeling vaak maar 3 tot 4 keer per dag gemeten. Ook zijn er op een verpleegafdeling minder verpleegkundigen en artsen aanwezig en niet altijd in uw directe omgeving. Niet meer voortdurend bewaakt worden kan soms angst en gevoelens van onveiligheid oproepen bij u en uw naasten.

Nazorg IC

Als u langer dan vijf dagen op de IC hebt gelegen of als er een speciale reden voor is, komt u in aanmerking voor nazorg. Het nazorgtraject houdt in dat u na overplaatsing naar de verpleegafdeling wordt bezocht door de nazorgverpleegkundige. Zij geeft informatie over het Post IC Syndroom en u ontvangt deze folder. Met haar kunt u terugblikken op uw verblijf op de IC.

Ongeveer 3 maanden na uw ontslag vanaf de IC, wordt u gebeld voor een telefonisch nazorggesprek. Als u vragen heeft over uw herstel of nog klachten heeft, kunt u dit met de nazorgverpleegkundige bespreken. Als er verwerkingsklachten zijn bij u of uw naaste dan kan een begeleid bezoek aan de IC gepland worden.

Post Intensive Care Syndroom

Het ziektebeeld en de noodzakelijke behandeling op de IC kunnen aanleiding geven tot lichamelijke en/ of geestelijke klachten. Deze klachten worden samen het Post Intensive Care Syndroom genoemd, kortweg PICS. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van een verminderde conditie, slaapproblemen, angst of geheugen- en concentratieproblemen. Deze klachten kunnen tijdens en na het ziekenhuisverblijf uw herstel belemmeren en de kwaliteit van uw dagelijkse leven beïnvloeden. Hoe lang deze klachten aanhouden, hangt af van verschillende factoren. De aandoening waarvoor ic-behandeling nodig was en hoe lang u op de IC opgenomen bent geweest, spelen hierbij een belangrijke rol. Het is niet mogelijk om vooraf te zeggen hoelang het herstel duurt en of alle klachten helemaal verdwijnen. De wetenschap dat deze klachten onderdeel uitmaken van het 'normale' herstelproces, kan u en uw naasten helpen om er beter mee om te gaan. Meer informatie hierover is ook te vinden op icconnect.nl.

Lichamelijke klachten

Verminderde conditie

Veel patiënten ervaren vermoeidheid na een ic-opname. Veel eenvoudige activiteiten kosten veel energie. Om deze energie weer langzaam op te bouwen moeten veel patiënten revalideren. Het revalideren is in de eerste fase al gestart op de IC, waar u misschien al uit bed bent geweest. Vaak kunt u de transfer van bed naar stoel nog niet zelf en wordt daarbij een hulpmiddel (tillift) gebruikt. Het zitten in de stoel is al een vorm van revalideren. U gebruikt de rug- en rompspieren om goed rechtop in de stoel te zitten. Het opzitten is vaak nog erg vermoeiend en kort van duur.

De tweede fase van de revalidatie wordt voortgezet op de verpleegafdeling. Daar komt u steeds meer uit bed en kunt u steeds meer zelf. In deze fase is het zelf wassen of douchen een vorm van revalideren en u zult merken dat het u nog veel energie kost. Onder begeleiding van de fysiotherapeut gaat u oefeningen doen zoals zelfstandig opstaan en lopen. Hierdoor wordt u steeds meer mobiel en dus zelfstandiger.
De laatste fase van revalideren kan plaatsvinden in een revalidatiekliniek (klinisch of poliklinisch) of thuis met eventueel fysiotherapie als ondersteuning.
Het kan wel een jaar duren voordat uw energie en mobiliteit weer op het niveau van voor de ic-opname is. Dit hangt ook nauw samen met de aandoening waarvoor u werd opgenomen in het ziekenhuis.

Spierzwakte

Hoewel de oorzaak niet helemaal duidelijk is, gaat het hier niet om verlies van spieromvang door inactiviteit en hoge energiebehoefte. Door het ernstig ziekzijn komen allerlei schadelijke stoffen in de bloedbaan. Deze stoffen komen in contact met de zenuwen en of spieren, waardoor die niet meer goed functioneren en gedeeltelijk kunnen beschadigd raken. De spierzwakte die hierdoor ontstaat, voelt u het meest in de benen en de armen. Dit kan verschillende klachten opleveren: moeite met bewegen, krachtsvermindering en stoornissen in het gevoel.

Mogelijke houdings- en bewegingsverschijnselen

- U kunt stijfheid en krachtsverlies voelen in spieren en gewrichten, alsof u zeer zware arbeid heeft
   verricht.

- U kunt een veranderd gevoel ervaren in voeten en handen: doof of slapend (een gevoel van op
   watten lopen), prikkelend of tintelend, gespannen of strak.

- U kunt moeite hebben met fijne motoriek, zoals knoopjes dichtdoen of veters strikken.

- U kunt zenuwpijn hebben: een brandend gevoel, pijnscheuten of een stekende pijn.

- U kunt problemen hebben met evenwicht en stabiliteit: een onzeker gevoel bij het staan en lopen,
   waardoor u steun moet zoeken - bijvoorbeeld bij het douchen. Dat gevoel kan toenemen in het
   donker of bij het sluiten van de ogen.

Slikproblemen

De eerste tijd na een ic-opname kan het slikken pijnlijk zijn. Dit is het gevolg van irritatie van de keel en luchtweg na een lange beademingsperiode. Moeilijk kunnen slikken kan ook veroorzaakt worden door een nog bestaande zwakte van de slikspieren. Doordat een beademingsbuis de stembanden opzij heeft gedrukt, kan het zijn dat uw stem na de ic-opname veranderd is. In het begin kunt u last hebben van heesheid, een zwakke en toonloze stem, moeilijk slikken en een pijnlijke keel. Dan is het erg vermoeiend om te praten. Als er verder geen sprake is van letsel aan de stembanden dan normaliseert uw stem weer na verloop van tijd. Forceer uw stem niet. Drink regelmatig slokjes water, als dat is toegestaan. Als problemen met de stem of het slikken aanhouden, is verwijzing naar een logopedist of keel-neus-oorarts mogelijk.

Eetlust

Omdat u moe bent en/ of veel spierverlies hebt, kan het eten van een maaltijd al een hele inspanning zijn. De eetlust is in het begin meestal niet optimaal. Dit kan ook te maken hebben met een opgeblazen gevoel, veroorzaakt door een verstoorde darmflora. Daarnaast kunnen een pijnlijke, soms droge mond en pijn bij het slikken de maaltijd tot een onprettige ervaring maken.

Tips voor aangenaam en smakelijk eten

- Neem de tijd om te eten.

- Eet meerdere malen kleine porties.

- Bouw het eten van pittig of gekruid voedsel langzaam op. Uw maag en darmen zijn dit niet meer
   gewend.

- Drink voldoende, als dat is toegestaan.

Zowel in het ziekenhuis als thuis is het belangrijk dat u voldoende en de juiste voeding krijgt om uw herstel te ondersteunen. Praktische informatie hierover kunt u krijgen via de verpleegkundige op de afdeling of via www.voedingscentrum.nl/nl/mijn-gewicht/ondergewicht/gezond-aankomen.aspx.

Gewicht

De meeste patiënten hebben na de ic-opname last van gewichtsverlies. Tijdens de ic-opname is de inname van voeding verstoord. Door beademing maakt de beademingsbuis het onmogelijk om op een normale manier voedsel te eten. Dan wordt er via een sonde vloeibare voeding toegediend. Vaak is de opname van voedingsstoffen in de darmen verminderd door de kritieke ziekte. Dit heeft vaak tot gevolg dat het lichaamsgewicht na de ic-opname is afgenomen.

Bij sommige patiënten is er juist sprake van gewichtstoename door het vasthouden van vocht. Dat merkt u onder meer doordat uw handen en voeten gezwollen zijn (oedeem).In de regel raakt u dit vocht kwijt, al dan niet met medicijnen.

Decubitus

Op de IC hebben veel patiënten een slechtere doorbloeding van de huid. Daarnaast hebben ze vaak een slechtere voedingstoestand, ondanks voeding via de neussonde of direct in bloedbaan. Beide zijn het gevolg van het ernstig ziek zijn. Op de IC wordt daarom extra aandacht besteed aan het voorkomen van doorligplekken (decubitus). Dit gebeurt door middel van speciale bedden, wisselligging en mobiliseren. Ondanks deze maatregelen en het optimaliseren van de doorbloeding en de voedingstoestand, komt het voor dat patiënten doorligplekken krijgen. Dit komt het vaakst voor op de stuit en hielen, maar kan ook op andere plekken ontstaan. Deze plekken blijven lang gevoelig en kwetsbaar. Ook na de ic-opname is het belangrijk om te zorgen dat er geen druk op deze plekken komt. Het kan lang duren voordat het helemaal genezen is.

Haren en nagels

Het is niet ongewoon als u na opname op de IC last hebt van haaruitval. Ze worden dunner van structuur, breken makkelijker en/ of vallen uit. Soms kunnen er kale plekken ontstaan zijn doordat er langdurige druk geweest is op de hoofdhuid en een slechte doorbloeding. Als u weer goed hersteld bent, groeien de haren meestal weer aan. Wat voor de haren geldt, betreft meestal ook de nagels.
Daarnaast kan het ook zijn dat we u tijdens uw ic-verblijf een pijnprikkel hebben moeten geven om uw
bewustzijn te controleren. We duwen hierbij met een hard voorwerp op het nagelbed. Dit kan blauwe plekken onder de nagels veroorzaken, die ook nog na de IC zichtbaar zijn.

Slecht zien

Vermindering van de gezichtsscherpte kan zich voordoen na een ic-opname. Vooral brildragende mensen geven soms aan dat zij minder goed kunnen lezen met de bril die zij vóór de opname gebruikten. Hierbij kunnen verschillende elementen een rol spelen: 

- Vermoeidheid 

- Verminderde bloedvoorziening naar de ogen tijdens de ic-periode als gevolg van
   bloeddrukdalingen en/ of het noodzakelijke gebruik van bloeddrukverhogende en
   vaatvernauwende medicijnen. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij een ernstige bloedvergiftiging
   (sepsis).

- Langdurig zuurstofgebrek. 

De ervaring leert dat de gezichtsscherpte weer kan verbeteren in het eerste jaar na uw ic-verblijf. Het is niet raadzaam om direct een nieuwe bril met een aangepaste sterkte aan te schaffen. 

Verminderde weerstand

Omdat de gehele conditie bij een patiënt op de IC enorm achteruit is gegaan, is de weerstand dat ook. Het hele lichaam is als het ware uitgeput. Daarnaast kan de werking van antibiotica de weerstand verminderen. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld schimmelinfecties de kop opsteken, of een onschuldig virus kan u ziek maken.

Geestelijke klachten

Slecht slapen

Vermoeidheid en gebrek aan energie komen voor bij haast alle patiënten na ontslag van de IC. Door onder meer het ingrijpende effect van de ic-opname kan het zijn dat u minder goed slaapt

of bang bent om te gaan slapen. Ook kan het voorkomen dat u levendige dromen heeft, die in sommige gevallen angstig kunnen zijn. 

U hebt op de IC dag en nacht zorg ontvangen, wat uw dag- en nachtritme verstoord kan hebben. Slaapproblemen nadat u de IC hebt verlaten zijn niet uitzonderlijk. Deze verminderen in de loop van de tijd.

Huis-, tuin- en keukenmiddeltjes helpen soms hierbij, zoals het drinken van warme melk of oefeningen om te ontspannen. Als u behoefte heeft om overdag te slapen, zorg dan dat dit niet te langs is, waardoor u ’s nachts niet kan slapen.

U zult merken dat uw slaappatroon terugkeert naar wat u gewend was als uw activiteiten toenemen. Als het slaapprobleem naar uw oordeel te lang aanhoudt of u zich bezorgd maakt over het gebrek aan slaap, meld het bij uw verpleegkundige of (huis)arts.

Delier

Het hebben van een delier komt veel voor op de IC. Een delier is het disfunctioneren van de hersenen door een lichamelijke oorzaak, zoals een infectie of het ernstig ziek zijn. Dit kan zich op verschillende manieren uiten. Men kan onrustig zijn of juist slaperig en dit kan gedurende de dag afwisselen. Er kan sprake zijn van hallucinaties of wanen, waarbij men dingen ziet of denkt die in tegenstelling zijn met de realiteit.

Soms wordt deze verwardheid beleefd als een mooie en verwonderende ervaring, maar meestal als erg angstig en oncontroleerbaar. Misschien hebben uw naasten u hier iets over verteld. Als u zelf het idee hebt dat u verward bent geweest of soms nog bent, kan het helpen erover te praten met de verpleegkundige, de (huis)arts of iemand uit uw eigen omgeving die u vertrouwt.

Deze verwardheid verdwijnt gewoonlijk in de loop van de tijd. Als dit in de loop van de tijd nog vragen bij u  oproept, ervaren sommige patiënten het als ondersteunend om de IC te bezoeken en te zien hoe die omgeving eruit ziet.

U kunt contact opnemen met de IC voor een bezoekafspraak, via nazorgic@lumc.nl of 071-52623 46. Een bezoekafspraak kan meer duidelijkheid geven aan de dromen en beelden die u hebt gehad.

Geheugenverlies

Het komt veel voor dat u zich weinig of niets herinnert van de ic-opname. U weet misschien

niet meer goed waarom u daar bent opgenomen en hoe ziek u bent geweest. En het kan zijn dat u een gedeelte van de tijd helemaal ‘kwijt’ bent. Redenen hiervoor kunnen zijn dat u in slaap bent gehouden met medicijnen of dat u een delier hebt doorgemaakt. Of door een stoornis in de hersenen, waarbij u een verminderd bewustzijn had.

Patiënten kunnen hun ic-opname heel verschillend ervaren. Sommigen willen achteraf precies weten wat er gebeurd is, en het ‘zwarte gat’ alsnog invullen. Anderen willen er liever niets over weten. Voor een aantal patiënten is de opname traumatisch geweest. Veel ex-ic-patiënten ervaren dat erover praten bijdraagt aan het beter begrijpen van de ic-periode. Uw naasten kunnen van grote waarde zijn om u te helpen de lege plekken van uw ic-verblijf in te vullen. Zij hebben uw gehele opname heel bewust en van dichtbij meegemaakt. Zij weten hoe het met u was en wat er met u is gebeurd. Belangrijk voor u kan zijn om in te zien dat zij uw ic-opname doorgaans als een zeer spannende periode hebben ervaren. Daarnaast kan de beleving van de ic-periode door uw naasten sterk verschillen van die van uzelf. Ook hier geldt: erover praten en vooral goed naar elkaar luisteren, kan bijdragen aan een beter begrip van elkaars ervaring en beleving.

Dagboek

Een dagboek kan helpen om belevingen en ervaringen met elkaar te delen. Uw familie en naasten kunnen in het dagboek gebeurtenissen, ervaringen, informatie en andere notities tijdens en na uw verblijf op de IC opschrijven. Bijvoorbeeld waarom u op de IC bent opgenomen, hoe het met u en hen ging. En wat er met u en uw naasten gebeurde tijdens uw opname, welke informatie werd gegeven en hoe u en zij die periode hebben ervaren. Ook foto’s en tekeningen kunnen in het dagboek een plek krijgen.

Het dagboek kan uzelf en uw naasten helpen om terug te kijken naar uw verblijf op de IC. Ook kan het eraan bijdragen dat u uw verblijf op de IC en gevolgen daarvan goed begrijpt en verwerkt. 

Concentratieproblemen

Na de ic-opname kunt u last hebben van vergeetachtigheid en concentratieverlies. Uw ernstige ziekte heeft uw zenuwstelsel zwaar belast. Het verwerken en opslaan van informatie kost de eerste tijd meer moeite en energie. Ook kan uw vermogen om het overzicht te bewaren of meerdere dingen tegelijk te doen u af en toe in de steek laten. De hersenen hebben tijd nodig om een ernstige ziekte te boven te komen.

Post IC Syndroom en familie

Een ic-opname kan ook op familie en naasten een grote impact hebben. Zij zijn door een erg angstige en stressvolle tijd gegaan, waarvan ze zelf ook moeten herstellen. Of ze kunnen juist opgelucht zijn dat u niet meer op de IC verblijft, terwijl u misschien nog moet verwerken dat u erg ziek bent geweest. Patiënten ervaren de herstelfase vaak als meest stressvolle periode, omdat ze dan goed gaan beseffen hoe levensbedreigend ziek ze eigenlijk zijn geweest.

Met elkaar praten over deze gevoelens kan zowel u als uw omgeving helpen om uw periode van ziekte te verwerken. Het is in het ziekenhuis mogelijk om steun en begeleiding voor u en uw naasten te organiseren als daar behoefte aan is. In het bijzonder maatschappelijk werk en geestelijke verzorging zijn laagdrempelig beschikbaar. En ook op de websites fcic.nl en icconect.nl vindt u informatie die u hierbij mogelijk kan helpen.

Psychiatrisch verpleegkundige

Als u tijdens uw ziekenhuisopname nog veel last hebt van nachtmerries, of voelt u zich verward, angstig of onrustig, of misschien depressief en lusteloos? Dan kunt u contact laten opnemen met de psychiatrisch verpleegkundige. Het komt namelijk regelmatig voor dat patiënten na hun ic-opname een depressie ontwikkelen of een posttraumatische stressstoornis (PTSS). 

Gezien de ernstige en soms traumatische periode die u hebt doorgemaakt op de IC, is dit niet gek.

De psychiatrisch verpleegkundige kan bepalen of dit bij u het geval is, u hierbij helpen en zo

nodig doorverwijzen naar een psychiater of psycholoog. 

Wanneer u weken na de opname nog bovenstaande klachten ervaart, is het verstandig om contact op te nemen met de huisarts. Die kan samen met u kijken welke begeleiding of behandeling passend is.

Stemmingswisselingen

Hoewel na de IC de conditie verbetert, ervaren veel patiënten stemmingswisselingen. De ene dag opgewekt, de volgende dag ‘down’, geïrriteerd, huilerig, lusteloos, verdrietig, kortaangebonden of gespannen. Dit is een normale reactie na een periode van ernstige of langdurige ziekte. Een langdurig herstelproces en onzekerheid over de toekomst kunnen ontmoedigend werken en neerslachtige gevoelens veroorzaken. Ook de dagelijkse schommelingen in fysieke kracht en belastbaarheid kunnen zeer frustrerend zijn. Als hiervan ook bij u sprake is, is het belangrijk om dit te accepteren. Erken dat het tijd kost om zowel geestelijk als lichamelijk te herstellen. Kijk naar wat u op een bepaald moment wél (aan)kunt en wat u al bereikt hebt in het herstelproces. Kleine, haalbare doelen stellen helpt om het vertrouwen in het eigen kunnen weer op te bouwen. De arts of een fysiotherapeut kan advies geven over wat redelijkerwijs kan worden verwacht.

Laat ook uw familie en vrienden weten hoe u zich voelt, als het kan. U kunt er met hen over praten en hen betrekken bij het herstelproces. Zij kunnen de voortgang bewaken, waar nodig helpen en u op de juiste momenten aanmoedigen. Indien de somberheid lang aanhoudt of verergert en dit uw dagelijkse leven beheerst, is het verstandig om hulp te vragen bij de verwerking van uw ervaringen.

Uw huisarts kan verschillende vormen van behandeling aanbieden. 

Stress

Gevoelens van stress zijn gewoon na een langdurige ernstige ziekte. Ook in de eerste weken tot maanden na ontslag uit het ziekenhuis. Ze nemen af naarmate u zich lichamelijk beter begint te voelen en in staat bent meer te doen. Het is raadzaam om deze gevoelens te erkennen, te benoemen en met uw naasten te bespreken. Zij kunnen u helpen om er een reële en zinvolle betekenis aan te geven en zo de last ervan te verlichten.

Posttraumatische stressstoornis

Blijven gevoelens van stress, spanning en onrust langdurig bestaan en verbetert dit niet? Dan kan het zinvol zijn om met de huisarts te praten. Hij kan met u kijken of het vermoeden bestaat

dat uw klachten veroorzaakt worden door  een posttraumatische stressstoornis (PTSS). Dit kan zich voordoen na een traumatische gebeurtenis waarvoor ic-opname noodzakelijk was. Bijvoorbeeld door een ongeval of een levensbedreigende ziekte. Bij PTSS zijn  verschillende symptomen mogelijk: 

  • U hebt verontrustende gedachten of herinneringen aan de gebeurtenis, bijvoorbeeld flashbacks of nachtmerries. Bij patiënten die herstellen van een levensbedreigende ziekte kunnen deze herinneringen waanvoorstellingen zijn. Bijvoorbeeld hallucinaties of gedachten dat mensen probeerden hen kwaad te doen terwijl ze op de IC waren opgenomen.

  • U vermijdt het toelaten of opzoeken van herinneringen aan de traumatische gebeurtenis. Voorbeelden zijn het niet terug willen gaan naar het ziekenhuis voor poliklinische afspraken,  niet willen praten over de ic-periode of niet kunnen kijken naar medische programma’s op televisie.

  • U hebt moeite met concentreren, u hebt vaak een rusteloos gevoel, u bent en blijft gespannen. U schrikt enorm van onverwachte gebeurtenissen, u kunt moeilijk in slaap komen en u kunt niet doorslapen. 

Ook bij uw naasten kunnen aanhoudende stress, angst en depressieve gevoelens optreden. Als u of uw naasten deze gevoelens ervaren, kunt u dit overleggen met uw huisarts. Hij kan u verwijzen naar een gespecialiseerd deskundige voor advies, beoordeling van symptomen en eventuele behandeling.

IC weer bezoeken

Het is niet ongewoon dat patiënten zich niets of zeer weinig meer herinneren van het ic-verblijf. En dat ze er onbegrepen en onaangename gevoelens, beelden en indrukken aan overhouden.

Wat was er aan de hand? Wat zag u? Wat deed u? Wie deed wat? En het belangrijkste: wat voor gevoelens had u toen? Een bezoek aan de IC kan helpen. Het weer zien en horen van die omgeving en het opnieuw ervaren en beleven wat er gebeurde kan bijdragen aan het begrijpen en verwerken van nog bestaande gevoelens en reacties. Vaak hebben patiënten de ogen gesloten gehad op de IC. Ze herkennen dan niet hoe de patiëntenkamer eruit zag, maar wel diverse geluiden, zoals stemmen of piepjes van apparatuur.

U kunt contact opnemen met de IC voor een bezoekafspraak, via nazorgic@lumc.nl of 071-526 23 46.

De (nazorg)verpleegkundigen van de IC zal u en uw naasten graag ontvangen en met u terugkijken op uw ic-verblijf. 

Oppakken van het dagelijkse leven

De gevolgen van ernstig ziek zijn kunnen een behoorlijke impact hebben op de relatie met uw partner, gezin, familie en vrienden. De rol- en relatiepatronen kunnen ontregeld zijn. Het kan moeilijk zijn te accepteren dat het herstel lang duurt en het leven misschien niet meer wordt als voor de ziekte periode.

Ook uw gezinsleden en familie moeten weer een weg vinden in de nieuwe veranderde situatie.

Alle betrokkenen hebben tijd nodig om een nieuwe balans te vinden en weer vertrouwen te krijgen in de toekomst.

Als patiënten moeite hebben om hun situatie emotioneel en/of mentaal het hoofd te bieden  kunnen zij advies vragen aan de huisarts.

Contact met andere ex-ic-patiënten

Het is denkbaar dat u na uw ic-verblijf in contact wilt komen met andere ex-ic-patiënten en/ of hun naasten. Hoe hebben zij het ernstig ziek zijn, de IC en het herstelproces ervaren. U vindt het misschien belangrijk om dit van hen te horen en met hen van gedachten te wisselen. Misschien voelt u die behoefte niet kort na uw ontslag, maar in een later stadium - na maanden, een jaar of langer na de ic-opname. Dit is niet vreemd, ook na langere tijd kan contact met lotgenoten een waardevolle steun zijn. Op de website icconnect.nl kunt u meer informatie hierover vinden en uw reactie kenbaar maken, als u dat wilt.

Sociale en maatschappelijke verandering

Het kan in het begin moeilijk zijn de draad van het leven weer op te pakken. Als u zich lichamelijk en geestelijk niet fit voelt, kunt u het vaak niet opbrengen om dingen te ondernemen. Toch is het belangrijk wat afleiding, activiteit en contact met anderen te zoeken. Begin in kleine kring en bouw dit op. Leg uw familie en vrienden uit dat u herstellende bent, en dat dit vaak langer duurt dan voor anderen zichtbaar is.

Terugkeer naar werk

Als u werkt en u bent zover dat u het werk weer kunt hervatten, is het verstandig samen met uw leidinggevende een plan van terugkeer te maken. Een Arbo arts of bedrijfsarts, het maatschappelijk werk en de ergotherapeut kunnen hierbij ook een belangrijke rol spelen. Een geleidelijke opbouw is belangrijk om te voorkomen dat u een terugslag krijgt. Zorg ook dat er voldoende ruimte is voor uw privéleven.

Websites en internetlinks die voor u van belang kunnen zijn 

* Het LUMC is niet betrokken bij de samenstelling van de informatie op deze websites en is niet verantwoordelijk voor de informatie op deze webpagina’s.

Geraadpleegde bronnen 

  • Afdeling Revalidatie Academisch Medisch Centrum; Revalidatiehandboek voor IC-patiënten. Amsterdam, 2014 
  • F. Abdu; Critical illness polyneuropathy. Website Mijnzorgnet IC Radboudumc. Nijmegen, 2012 
  • G.A. Marten-van Stijn; Na de IC-opname; wat nu? Website IC Radboudumc. Nijmegen, 2014  
  • ICUsteps; Intensive Care: a guide for patients and relatives Milton Keynes (GB), 2012. Nederlandse vertaling door T. Boeter, afdeling Intensive Care, Erasmus MC Rotterdam, 2013 
  • Idelette Nutma-Bade; Septische shock; een praktische steun bij (de gevolgen van) ernstige bloedvergiftiging en IC-opname. Uitgeverij Boekscout.nl, Soest, 2012 
  • Marianne Brackel-Welten; Post-IC-syndroom wordt niet herkend. Medisch Contact, nr. 13, 26-03-2014 
  • Oxford Radcliffe Hospitals (NHS trust); Life after discharge from Intensive Care. Oxford (GB), 2014. Nederlandse vertaling door I. Zaat, afdeling Intensive Care, Radboudumc Nijmegen, 2014

Contactgegevens nazorg 

nazorgic@lumc.nl of 071-526 83 30