Patiëntenfolder

Milt; asplenie bij kinderen

Wat zijn de gevolgen van leven zonder werkzame milt?  De milt is onderdeel van het afweersysteem.  Het afweersysteem beschermt je tegen ziektes.  Sommige mensen hebben geen milt (asplenie).  Of de milt werk niet goed (hyposplenie).  Je hebt dan een grotere kans op ernstige infecties.  De infectie komt door een bacterie.  Gelukkig krijgen de meeste mensen geen infectie.  Je kan ook een ernstige infectie krijgen als:  je door een dier gebeten bent of  je in het buitenland bent geweest.  Dit komt gelukkig bijna nooit voor.

                                                                   

Welke maatregelen adviseren om je te beschermen tegen infecties? 

Je wilt de kans op een ernstige infectie zo klein mogelijk maken.
We adviseren de volgende maatregelen:

  1. Vaccinaties:
    Laat je vaccineren.
    We adviseren om elke 5 jaar opnieuw een vaccinatie tegen pneumokokken te halen.
    We adviseren om ieder jaar de griepprik te halen.
    De arts (of huisarts) bespreekt dit met je.
  2. Antibiotica:
    In het begin krijg je iedere dag antibiotica.
    Later is dit niet meer nodig.

    Heb je koorts boven de 38.5ºC?
    Of voel je jezelf koortsig?
    Neem direct antibiotica in
    .
    Neem contact op met je huisarts.
    Of neem contact op met je vaste dokter in het ziekenhuis.
    De arts (of huisarts) bespreekt met je welke soort antibiotica dit is.
    Deze antibiotica moet je altijd thuis hebben liggen.
    De antibiotica moet je ook meenemen op vakantie.
  3. Vertel aan je familie, vrienden en dokter dat je geen werkzame milt hebt.
    Ga je naar een nieuwe dokter?
    Vertel dat je milt niet goed werkt.
  4. Ga je op reis?
    Neem dan contact op met GGD voor advies.

We leggen je meer uit over deze maatregelen.   

Vaccinaties 

Vaccinaties verminderen de kans op een ernstige infectie.
De volgende vaccinaties zijn extra belangrijk voor jou:

  • Pneumokokken-vaccins.
    Er zijn twee verschillende vaccinaties.
    Je krijgt allebei de vaccinatie.
    1 vaccinatie krijg je iedere 5 jaar.
    Dit kan via je huisarts.
    Of via je eigen dokter in het ziekenhuis.
  • Griepprik.
    Deze prik kan je bij de huisarts halen.
  • Soms zijn andere vaccinaties nodig.
    De arts bespreekt dit met je. 

Antibiotica 

Nood-voorraad antibiotica 

Je moet altijd antibiotica in huis hebben.
Neem antibiotica mee als je op vakantie gaat.
Het antibioticum krijg je van de dokter. 

Let op 

Controleer regelmatig de houdbaarheids-datum van de antibiotica. 

Is de medicatie (bijna) over de datum? 

Haal dan op tijd nieuwe medicijnen met een herhaalrecept.  


Overige antibiotica 

Ben je door een hond of kat gebeten?
Neem contact op met je huisarts.
Of neem contact op met je vaste dokter in het ziekenhuis.
Vraag of je moet de antibiotica moet innemen.
Maak de wond schoon. 

Op reis 

Ga je op reis naar het buitenland?
Neem dan contact op met de GGD.
De GGD geeft advies over de veiligheid van je reis.
De veiligheid gaat over de kans op infecties.
Soms heb je extra vaccinaties nodig.

Wil je meer informatie? 

Kijk dan op: Asplenie; (functionele) hypo- en asplenie richtlijn RIVM