Enucleatie bij een oogmelanoom
Deze informatie is opgesteld door de afdeling Gynaecologie.
Wat is Enucleatie bij een oogmelanoom?
IUI (intra-uteriene inseminatie) is een methode waarbij met een dun slangetje zaadcellen in de baarmoeder van de vrouw wordt gebracht. Dit gebeurt nadat uit het sperma van de partner de best bewegende zaadcellen zijn geïsoleerd.
Wat gaat er vooraf aan het onderzoek of de behandeling?
De sperma opwerk test
Met de sperma opwerk test (proefcapacitatie) wordt een test bedoeld, waarbij gekeken wordt of het mogelijk is om uit het sperma van de man voldoende levende zaadcellen te verkrijgen voor een inseminatie.
Het sperma wordt opgevangen door middel van masturbatie. Dit kan thuis gebeuren. Het sperma dient hierbij opgevangen te worden in een spermapotje dat u eerder van het secretariaat heeft meegekregen. Dit potje voldoet aan een aantal specifieke kwaliteitseisen.
Als u ver van het LUMC woont, kunt u het sperma in het ziekenhuis produceren. Dit is alleen nodig indien er meer dan twee uur zit tussen het tijdstip van productie en het inleveren bij het laboratorium.
De kwaliteit van het sperma is het beste na ongeveer drie dagen onthouding (geen zaadlozing). Een langere periode van onthouding heeft geen zin en kan zelfs nadelig zijn voor de spermakwaliteit.
De test wordt in een gespecialiseerd laboratorium uitgevoerd. Het sperma wordt eerst nagekeken onder de microscoop. Daarna worden de levende zaadcellen gescheiden van zowel de vloeistof waarin ze zitten als van de dode zaadcellen. Het aantal levende en goed beweeglijke zaadcellen bepaalt de kwaliteit van het sperma. De uitslag van deze test is meestal na enkele dagen verwerkt. De uitslag zal de arts bij een volgende afspraak op de poli met u bespreken.
Wat als de uitslag niet goed is?
De test zal nog een keer herhaald worden. Als het sperma dan opnieuw niet geschikt is om een inseminatie mee uit te voeren, is het niet zinvol om met een IUI-behandeling te starten. Uw arts zal dit met u bespreken.
Wat gebeurt er als de uitslag wel goed is?
Als er voldoende zaadcellen bij het onderzoek zijn gevonden, kan het traject van een IUI-behandeling opgestart worden.
Onthouding
Voor het inleveren van het zaad voor de IUI-behandeling wordt een onthoudingsperiode (geen zaadlozing) van 2 à 3 dagen geadviseerd. Probeer hiermee rekening te houden met de afspraken van de echo. Een langere periode van onthouding geeft doorgaans een slechtere zaadkwaliteit.
Onverhoopt kan de spermakwaliteit voor de start van een behandeling minder worden onder invloed van medicatie of algemeen ziek zijn. Wij verzoeken u ons direct te informeren indien:
U in de laatste twee maanden voor de behandeling een infectie aan een zaadbal of de urineweg hebt gehad;
U in die periode een ziekte met hoge koorts hebt doorgemaakt;
U medicijnen (zoals antibiotica) bent gaan gebruiken sinds het laatste zaadonderzoek.
Wij kunnen dan vóór of in het begin van de behandeling uw zaad nog een keer controleren. Als het zaad van slechte kwaliteit is, is een IUI-behandeling niet zinvol en kan deze beter worden uitgesteld.
Spermaformulier en spermapotje
Voor de IUI-behandeling heeft u een spermaonderzoekformulier en een spermapotje nodig. Ook is het van belang dat u stickers met uw persoonlijke gegevens heeft om op beide te plakken voordat u dit bij het IVF-laboratorium inlevert. Doorgaans worden dit formulier en potje bij de eerste echo-controle meegegeven. Het IVF-laboratorium mag in verband met kwaliteitseisen alleen een spermapotje in ontvangst nemen wat eerder door het secretariaat gynaecologie is verstrekt. Wij verzoeken u dan ook er alert op te zijn dat u dit in uw bezit heeft als de IUI-behandeling wordt afgesproken.
Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?
De IUI- behandeling
IUI-behandelingen kunnen met verschillende behandelschema’s uitgevoerd worden. Onderstaand worden de verschillende behandelschema’s beschreven.
IUI in een spontane cyclus
In sommige gevallen wordt een IUI in een spontane cyclus uitgevoerd. Onder invloed van de eigen hormonen groeit er een follikel in de eierstok. Bij deze behandeling stuurt u aan het begin van de behandelcyclus een e-consult om aan te geven dat uw menstruatie is gestart. U voert thuis vanaf de door met uw arts afgesproken cyclusdag dagelijks in de ochtend een LH-test uit. U stuurt bij een positieve ovulatietest direct een e-consult om deze uitslag aan ons door te geven, zodat een inseminatie afspraak voor de volgende dag gepland kan worden. Indien u 6 negatieve ovulatietesten heeft gehad, wordt er een afspraak voor echografisch onderzoek gepland.
IUI met milde hyperstimulatie
In de meeste gevallen wordt de IUI-behandeling uitgevoerd met een milde hyperstimulatie. Deze stimulatie kan plaatsvinden met:
Clomifeencitraat (Clomid®). Dit stimulerend middel wordt als tabletten gegeven en dient vanaf cyclusdag 3 tot en met cyclusdag 7 gebruikt te worden. De standaarddosering is 50 mg per dag. Soms wordt ook 100 of 150 mg voorgeschreven. Uw behandelend arts zal dit met u bespreken.
Follikel Stimulerend Hormoon (FSH; Gonal-F®, Ovaleap® of Meriofert®). Dit stimulerend middel dient via onderhuidse injecties toegediend te worden. Standaard wordt dit middel vanaf cyclusdag 5 gestart en met een dagdosis van 75 eenheden. In sommige gevallen dient de medicatie eerder gestart te worden en kan een andere dosering voorgeschreven worden. Uw arts zal dit met u bespreken.
De cyclus wordt bij alle behandelschema’s gemonitord door middel van vaginale echo’s. Op deze echo’s kan de groei van de follikel(s) in de eierstok gevolgd worden. Bij een dominante follikel, zal de eisprong door middel van een onderhuidse injectie met hCG (Ovitrelle ®) worden opgewekt. Soms wordt eerst een aanvullende bloedbepaling gedaan om te beoordelen of de hCG injectie nodig is.
Voor een prikinstructie van de genoemde medicatie, kunt u een afspraak maken met de IVF-verpleegkundige (tel. 071 – 526 4052). Het is voor uzelf gemakkelijk als u zelf of uw partner de injecties toedient.
De medicatie voor een IUI-behandeling is alleen via de poli-apotheek van het LUMC (locatie C0-14, routenummer 10) te verkrijgen. Zorg dat u de medicatie tijdig in huis heeft. Indien u medicatie moet prikken om te stimuleren, controleer dan altijd voor de echo-afspraak hoeveel medicatie u nog in huis heeft. Bij het echo-onderzoek kan beoordeeld worden of u een herhaalrecept nodig heeft.
Het verloop van de behandeling bij IUI met milde hyperstimulatie
Op de eerste dag van de menstruatiecyclus stuurt u een e-consult met informatie over de start van uw menstruatie. Uiterlijk de eerste volgende werkdag ontvangt u een afspraak voor de eerste echo-controle rond cyclusdag 11. Ook kunt u indien gewenst de eerste werkdag na de start van de menstruatie met secretariaat gynaecologie contact opnemen (tel. 071 – 526 2870) om een afspraak te maken voor de eerste echo-controle.
Echo-controles
Bij de echo-controle wordt de ontwikkeling van de follikel(s) gecontroleerd. Door middel van een inwendig echo-onderzoek worden de eierstokken in beeld gebracht. Een lege blaas is hierbij het handigst. De follikels en de dikte van het baarmoederslijmvlies worden opgemeten.
Echo-controles vinden doorgaans voor 11 uur ’s morgens plaats. ’s Middags (voor 16.00 uur) ontvangt u een e-consult met informatie hoe de behandeling vervolgd wordt. Dit kan betekenen dat u enkele dagen later nogmaals een afspraak voor echo-controle krijgt, of dat u klaar bent om een inseminatie te ondergaan. Bij een dominante follikel vindt de inseminatie doorgaans 1 of 2 dagen later plaats.
De inseminatie
Op de dag van de inseminatie brengt u of uw partner op het afgesproken tijdstip het sperma en het spermaonderzoekformulier naar het IVF-laboratorium (H3, kamer 33). Op het spermapotje en formulier dienen stickers van u en uw partner te staan en het spermaonderzoekformulier dient ingevuld te zijn.
Richtlijnen opvangen semen
Voor een zo goed mogelijk resultaat, vindt u hier richtlijnen voor het opvangen en inleveren van semen ten behoeve van onderzoek en/of - behandeling.
Het sperma wordt in het laboratorium opgewerkt en geschikt gemaakt voor de inseminatie.
Op het afgesproken tijdstip van de inseminatie wordt u door één van de fertiliteitsartsen of gynaecologen de behandelkamer ingeroepen. Deze kamer grenst aan het IVF-laboratorium. U krijgt informatie over de spermakwaliteit.
De inseminatie gebeurt op een onderzoeksstoel en gaat als een algemeen gynaecologisch onderzoek. Na het inbrengen van een speculum (eendenbek) wordt er een dunne katheter door de baarmoedermond in de baarmoederholte gebracht. Een volle blaas vergemakkelijkt over het algemeen de inseminatie en u wordt dan ook verzocht niet vlak voor een inseminatie uit te plassen. Het inbrengen van de katheter gaat doorgaans erg vlot en doet over het algemeen geen pijn. Vervolgens worden de zaadcellen in de baarmoederholte ingespoten. De katheter en eendenbek worden verwijderd en u mag direct weer opstaan.
Daarna verlaat u het ziekenhuis en kunt u uw gewone werkzaamheden hervatten.
Waar moet u op letten direct na het onderzoek / de behandeling?
Na de IUI-behandeling
We willen bij iedereen een uitslag van een zwangerschapstest hebben om zekerheid te hebben over het resultaat van de behandeling. U wordt dan ook gevraagd om 14 dagen na de inseminatie een zwangerschapstest in de urine uit te voeren. Graag ontvangen wij de uitslag van de test via een e-consult of geeft u de uitslag telefonisch door aan de IVF-verpleegkundige (tel 071 – 526 4052).
Ook in geval van vaginaal bloedverlies voorafgaand aan het moment van testen wordt u geadviseerd een zwangerschapstest uit te voeren. Vaginaal bloedverlies kan de start van een menstruatie betekenen, maar kan ook bij een prille zwangerschap voorkomen. Bij twijfel over de uitslag van een zwangerschapstest dan wel bij een ander dan gebruikelijk menstruatiepatroon, wordt u verzocht contact op te nemen met de IVF-verpleegkundige.
Indien er na een behandeling geen zwangerschap is ontstaan, kunt u indien het inplanboek dit toelaat aansluitend met een nieuwe behandeling starten. De arts, die de inseminatie heeft verricht zal met u besproken hebben hoe de behandeling in een volgende cyclus vervolgd kan worden. Indien gewenst kunt u voor de start van een volgende behandeling contact met uw behandelend arts opnemen. Indien er na drie cycli geen zwangerschap is ontstaan, vindt er een evaluatiegesprek op de polikliniek plaats. In dit gesprek zullen de eerdere behandelingen worden geëvalueerd en bekeken worden of aanvullend onderzoek, bijvoorbeeld een diagnostische laparoscopie (kijkoperatie) met tubatesten (test of de eileiders open zijn) nog gedaan kan worden. Ook wordt besproken of het zinvol is de IUI-behandeling voort te zetten en of er eventueel aanpassingen aan de behandeling nodig zijn.
Na zes IUI-pogingen vindt opnieuw een afspraak op de polikliniek plaats. Hierbij worden de behandelingen geëvalueerd en zal vaak over een volgende stap in het behandeltraject gesproken worden. Een IVF (in vitro fertilisatie, reageerbuisbevruchting) behandeling is een mogelijke volgende stap na IUI.
Waar moet u op letten na uw onderzoek/behandeling?
Een oogverwijdering is een emotioneel zware behandeling. Met het weghalen van het oog is het oogmelanoom ook weg. Toch is de kans op uitzaaiingen nog steeds aanwezig. Daarnaast zal het gezichtsvermogen na de operatie veranderen. Met het ene oog ziet u niets meer. Dit maakt het gezichtsveld kleiner en zorgt ervoor dat u ook geen diepte meer kunt zien. Ook al is het andere oog goed; het functioneren met één oog brengt beperkingen met zich mee. U zult daaraan moet wennen en ermee moeten leren leven. Dit is niet altijd even makkelijk. De ingrijpende gebeurtenissen kunnen psychische, sociale en emotionele problemen met zich meebrengen.
Naast oogartsen en verpleegkundigen is het ook mogelijk in contact te komen met een maatschappelijk werker. De maatschappelijk werker is er om u te helpen als u vragen heeft over uw thuis- en werksituatie of persoonlijke zaken waarmee u geconfronteerd wordt door uw oogaandoening. U kunt via de verpleegkundigen van de polikliniek een afspraak maken, ook kunnen zij, als u van ver komt, het via de huisarts regelen zodat u in contact kan komen met een maatschappelijk werker bij u in de buurt.
Contactgegevens van de betrokken poliklinieken
Bij vragen of problemen kunt u contact opnemen met:
LUMC, polikliniek Oogheelkunde
Routenummer 598, locatie J3
Tel. 071 – 526 8030
- Voor afspraken: het medisch secretariaat tussen 9:00 en 12:00 uur, toets 1
- Voor medische vragen: de verpleging tussen 08:30 en 17:00 uur, toets 2
- Voor overige vragen: het medisch secretariaat tussen 9:00 en 16:00 uur, toets 4
Buiten kantooruren: 071 – 526 9111
(Vragen naar dienstdoende arts-assistent afdeling Oogheelkunde)
Aan de afdeling Oogheelkundige Oncologie verbonden medewerkers:
- Drs. J.C. Bleeker, oogarts
- Drs. S.W. Van der Meeren, oogarts
- Mw. drs. L.S. Koetsier, oogarts
- Prof. dr. G.P.M. Luyten, oogarts
- Mw. drs. M. Marinkovic, oogarts
- Mw. dr. T.H.K. Vu, oogarts
- Mw. J.C.L. van Duijvenvoorde, poli-verpleegkundige
Adressen voor een oogprothese
Frederique Bak
Thomsonplein 19
2565 KV Den-Haag
Tel. 070 – 449 0810
Website: www.kunstogen.nl
E-mail: f.bak@kunstogen.nl
Haags kunstogen laboratorium
Laan van Meerdervoort 150
2517 BE Den Haag
Tel. 070 – 345 1293 dagelijks tussen 10:00 en 15:00 uur
Website: www.kunstoog.nl
E-mail: info@kunstoog.nl
Jelmer Remmers Ocularist
Oedsmawei 24
9001 ZJ Grou
Tel. 06 – 23 47 64 02
Website: www.remmersocularist.nl
E-mail: j.s.remmers@live.nl
WhatsApp: 06 – 23 47 64 02
Handige links
Vereniging oog in oog
Website: www.ver-ooginoog.nl
Stichting melanoom
Website: www.stichtingmelanoom.nl
Hulplijn tel. 088 – 00 29 747
E-mail: hulplijn@stichtingmelanoom.nl
(M)eye Buddy in samenwerking met Stichting melanoom
Lotgenotencontact tel.: 088 – 00 29 744
E-mail: info@oogmelanoombuddy.nl
Websites
www.kankerspoken.nl (voor kinderen van ouders met kanker)