Biometrie (lenssterkte meting)
Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Oogheelkunde.
Wat gaat er vooraf aan het onderzoek of de behandeling?
Voor dit biometrie-onderzoek zijn geen speciale voorbereidingen nodig. U kunt dus gewoon eten en eventuele medicijnen innemen. Meestal wordt deze meting direct tijdens het polikliniekbezoek verricht. Bij contactlensdragers wordt de biometriemeting later verricht. De contactlenzen moeten worden uitgedaan gedurende een bepaalde periode. Het hoornvlies moet zich namelijk eerst herstellen en de natuurlijke vorm terug krijgen. Pas op dat moment is er een betrouwbare meting mogelijk.
Harde lenzen hebben meer effect op de vorm van het hoornvlies dan zachte lenzen. Harde lenzen moeten dan ook gedurende een langere periode uitgedaan worden. Indien gekozen wordt voor een standaard kunstlens is het nodig dat u zachte lenzen twee weken en harde lenzen drie weken voor de lensmeting uitdoet.
Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?
De lensmeting wordt op de polikliniek Oogheelkunde gedaan, dit duurt ongeveer 15 minuten. Bij dit onderzoek worden altijd beide ogen gemeten.
Het onderzoek wordt verricht door een TOA (technisch oogheelkundig assistent) of een optometrist.
Ultrasonografie
Soms is de ooglens erg troebel of zijn er troebelingen in het oog aanwezig waardoor de meting met een ander apparaat gemeten moet worden, de ultrasonografie (een meting met geluidsgolven).Voor deze meting zit u rechtop in een stoel. Uw ogen worden gedruppeld, zodat ze wat gevoelloos worden (deze oogdruppels werken niet pupilverwijdend).Met een kleine sonde wordt tegen het hoornvlies getikt om de oogaslengte te bepalen. Dit onderzoek is door de druppels geheel pijnloos en duurt ongeveer 15 minuten.
Waar moet u op letten direct na het onderzoek / de behandeling?
U kunt op eigen gelegenheid naar het ziekenhuis toekomen. Ook voor de thuisreis heeft u geen begeleiding nodig. Zelf autorijden is na dit onderzoek in principe geen probleem. Maar vaak worden er meerdere onderzoeken gedaan, waarvoor de pupillen wijd gedruppeld worden. In dat geval kunt u niet zelf autorijden.
Wat is de prognose?
Met deze oogmeting is het mogelijk om de kunstlens nauwkeurig te meten. De oogarts zal met u bespreken wat na de operatie de verwachting is wat betreft het zien.
De betrouwbaarheid van de kunst lensmetingen
De oogarts bepaalt voorafgaand aan de operatie welke sterkte de kunstlens zal moeten hebben. Vaak is de wens om op een sterkte van ongeveer 0 uit te komen (d.w.z. dat er geen bril voor veraf nodig is na de operatie). De oogarts zal dit van tevoren met u bespreken. Ongeveer 3 à 5 weken na de operatie wordt een oogsterktemeting verricht door een TOA of een optometrist. Dan pas zal blijken hoe sterk de eventuele benodigde bril moet worden. In een ideale situatie komt de brilsterkte overeen met de gemeten waarde voor de operatie (tijdens de kunstlensmeting).
Contactgegevens van de betrokken poliklinieken
Bij vragen of problemen kunt u contact opnemen met:
LUMC, polikliniek Oogheelkunde
Routenummer 598, locatie J3
Tel. 071 – 526 8030
Voor afspraken
Het medisch secretariaat tussen 9:00 en 12:00 uur, toets 1
Voor medische vragen
De verpleging tussen 08:30 en 17:00 uur, toets 2 Voor overige vragen: het medisch secretariaat tussen 9.00 – 16.00 uur, toets 4
Buiten kantooruren
071 – 526 9111 (vragen naar dienstdoende arts-assistent afdeling Oogheelkunde)