Patiëntenfolder

Cyclofosfamide (Endoxan®)

In deze folder vindt u informatie over de behandeling met cyclofosfamide (Endoxan®). Het doel van de behandeling met cyclofosfamide is de ontstekingsactiviteit van uw ziekte te onderdrukken. U kunt zelf een actieve bijdrage leveren aan een veilig en verantwoord medicatiegebruik. Leest u deze informatie daarom zorgvuldig.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Nierziekten.

Onze zorg

Wat is Cyclofosfamide (Endoxan®)?

Cyclofosfamide is een geneesmiddel dat de celdeling remt (cytostaticum). Dankzij het onderdrukkende effect op de celdeling van ontstekingscellen wordt cyclofosfamide voorgeschreven aan patiënten met een systemische auto-immuunziekte en/of ernstige reumatische ziekten waarvan bekend is dat ze niet of onvoldoende reageren op andere medicatie. 

De duur van de behandeling en de interval tussen de infusen kan variëren. Dit is van meerdere factoren afhankelijk. 

Waarom doen we dit onderzoek/deze behandeling?

Cyclofosfamide wordt doorgaans als een intraveneuze behandeling (toediening via een infuus) toegepast bij aandoeningen als ANCA geassocieerde vasculitis, systemische lupus erythematosus (SLE), myositis, systemische sclerose en reumatoïde vasculitis. Cyclofosfamide wordt soms ook voorgeschreven in tabletvorm.

Voorbereiding

Hoe kunt u zich voorbereiden?

Gebruik van cyclofosfamide samen met andere medicijnen  

  • Vertel uw huisarts, tandarts en specialist altijd welke medicijnen u gebruikt. Denk hierbij ook aan uw eventuele gebruik van zelfzorgmedicatie. 
  • Licht uw arts in over uw behandeling met cyclofosfamide. 
  • Indien van toepassing: meld bij de Trombosedienst dat u met cyclofosfamide wordt behandeld. 
  • Bepaalde medicijnen kunnen bij gelijktijdig gebruik met andere medicijnen, de bloedspiegels van cyclofosfamide en/of sommige bijwerkingen van het middel beïnvloeden. 

Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding  

Zowel bij mannen als vrouwen kan cyclofosfamide leiden tot blijvende onvruchtbaarheid.  

  • Aan mannen met een kinderwens wordt geadviseerd om vóór behandeling via de Fertiliteitspolikliniek sperma te laten invriezen. 
  • Voor vrouwen zijn er (nog) geen mogelijkheden om eicellen voor later in te vriezen. Het risico op onvruchtbaarheid hangt deels af van de ‘voorraad’ eicellen die bij het begin van de behandeling nog aanwezig is.  
  • Cyclofosfamide kan schade geven aan het ongeboren kind. Zowel mannen als vrouwen dienen daarom tijdens de behandeling voor betrouwbare anticonceptie te zorgen. Denk aan de anticonceptiepil, spiraal of prikpil, al dan niet in combinatie met condooms. Na beëindiging van de medicatie moet de anticonceptie tot minstens 3 maanden voortgezet worden. Bespreek zo nodig met uw behandelend arts wat een goede anticonceptiemethode voor u is. 
  • Cyclofosfamide gaat over in de borstvoeding. Daarom mag tijdens de behandeling geen borstvoeding worden gegeven. 

Voorbereiding cyclofosfamide-infuus

Het is van groot belang dat u de dag voorafgaand aan een cyclofosfamide-infuus, de dag van én de dag na het infuus minimaal 2 liter drinkt.  

Hier kan van afgeweken worden als u een hartkwaal hebt waarbij uw arts heeft gezegd dat u juist niet zo veel mag drinken, of als u een tweedaagse behandeling krijgt en er extra vocht via het infuus wordt toegediend. Uw arts zal u hierover informeren. 

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Behandeling met infusen  

Cyclofosfamide-infusen worden toegediend op de afdeling Dagbehandeling of Kortverblijf. Meestal worden de infusen eens in de 4 weken gegeven en neemt de behandeling, inclusief voorbereiding en nazorg, enkele uren in beslag. In sommige situaties duurt de behandeling 2 dagen en overnacht u in het ziekenhuis.  

Voorafgaand aan het cyclofosfamide-infuus wordt een medicijn tegen de misselijkheid toegediend (via het infuus). Soms is het nodig een medicijn toe te dienen om de blaas te beschermen, dit is afhankelijk van uw persoonlijke situatie en de dosis die u krijgt.  

Behandeling met tabletten  

Een tablet bevat 50 mg cyclofosfamide. Het beste kunt u het middel ’s morgens na het ontbijt innemen met een groot glas water. U dient de tabletten in het geheel door te slikken, dus u mag ze niet fijnmaken of er op kauwen. 

Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?

De behandeling met cyclofosfamide-infusen kan leiden tot een aantal bijwerkingen. 

Op korte termijn: 

  • Direct tijdens of na het infuus kunt u last krijgen van misselijkheid. U kunt de verpleegkundige om extra medicijnen tegen misselijkheid vragen.
  • Verminderde eetlust. Gebruik in dit geval lichte maaltijden en eet vaker op een dag kleine porties.
  • Na de infuusbehandeling kunt u vocht vasthouden. Indien nodig krijgt u hiervoor een plastablet of medicijnen via het infuus.

Op langere termijn: 

Enkele dagen tot weken na de behandeling met cyclofosfamide kunt u last krijgen van: 

  • Irritatie van de lever. Dit komt tot uiting door stijging van leverenzymen in het bloed. In zeer zeldzame gevallen kan er geelzucht optreden.
  • Verminderde bloedaanmaak door onderdrukking van het beenmerg. Meestal is dit mild en valt het alleen op bij de laboratoriumcontrole. Het kan soms tot uiting komen door infecties, het spontaan optreden van blauwe plekken of bloedneuzen.
  • Haaruitval, de mate waarin dit optreedt is afhankelijk van de hoogte van de dosering. Meestal treedt het slechts in geringe mate op. De haargroei herstelt zich als de behandeling is afgelopen.
  • Moeheid en malaise kunnen vooral na een aantal infusen optreden. Deze klachten nemen af als de behandeling is gestopt of minder vaak wordt gegeven.
  • Blaasontsteking of bloed in de urine. Juist om deze problemen te voorkomen geldt het dringende advies gedurende de eerste dagen na het infuus veel te drinken, ongeveer 2 liter per dag.
  • Menstruatiestoornissen; de menstruatie kan verlaat, verminderd of anderszins ontregeld zijn.

Zelden:

  • Allergische reacties 
  • Longontsteking 
  • Het ontstaan van tumoren na langdurig gebruik  

Bijwerkingen tabletten 

Het gebruik van cyclofosfamide-tabletten kan leiden tot een aantal bijwerkingen.

Soms: 

  • Maag- en darmklachten zoals buikpijn, misselijkheid, braken of diarree. 
  • Irritatie van de lever (stijging van leverenzymen in het bloed). 
  • Stoornissen in de bloedaanmaak door onderdrukking van het beenmerg. Dit kan tot uiting komen door infecties, het spontaan optreden van blauwe plekken of bloedneuzen.

Zelden:

  • Allergische reacties 
  • Longontsteking 
  • Het ontstaan van tumoren na langdurig gebruik

Op langere termijn:

  • Hardnekkige blaasontsteking of bloed in de urine 
Nazorg

Welke specifieke nazorg kunnen wij bieden?

Door regelmatig laboratoriumonderzoek van bloed en urine kunnen vroegtijdig tekenen van lever-, blaas- of beenmergbeschadiging worden opgespoord. Houdt u zich daarom goed aan de afspraken voor bloed- en urinecontrole. Als er geen contact met u opgenomen wordt door uw arts, is uw bloed in orde.  

De uitslagen van het laboratoriumonderzoek kunt u inzien via het patiëntportaal mijnLUMC op de website van het LUMC.

Waar moet u op letten na uw onderzoek/behandeling?

Alcohol 

Het gebruik van alcohol wordt ontraden. In combinatie met cyclofosfamide is de kans groter dat u leverfunctiestoornissen krijgt. Overleg het gebruik van alcohol met uw behandelend arts. 

Hygiënische maatregelen 

Tot en met 3 dagen na toediening of inname van cyclofosfamide kunnen zich resten van dit middel bevinden in urine, ontlasting, braaksel en transpiratievocht.  

  • Wij adviseren u om het toilet na gebruik tweemaal door te spoelen met een dicht deksel. Mannen krijgen het advies zittend te urineren.  
  • Spoel kleding en/of beddengoed dat in aanraking is geweest met braaksel, urine of ontlasting eerst met koud water in de wasmachine. Daarna kan het samen met ander wasgoed gewassen worden.  
  • Het toilet kunt u het best dagelijks schoonmaken met een pH-neutraal of alkalisch schoonmaakmiddel. Bijvoorbeeld zeep, soda of een wasmiddel. 

Zon

Beperk blootstelling van de huid aan zonlicht en uv-straling door het dragen van beschermende kleding. Gebruik, bij blootstelling van de huid aan de zon, een zonnebrandcrème met een hoge beschermingsfactor.  

Vaccinaties

We adviseren om alle vaccinaties (ook de griepvaccinatie) met uw arts te overleggen voordat u zich laat vaccineren.

Contact bij problemen na uw onderzoek/behandeling

  • Bij koorts 
  • Bij blauwe plekken die spontaan ontstaan 
  • Bij bloedneuzen 
  • Bij bloed in de urine 
  • Of als u andere lichamelijke veranderingen opmerkt tijdens de behandeling waarvan u zich afvraagt of ze met het gebruik van cyclofosfamide samenhangen. 
Meer informatie

Contactgegevens van de betrokken poliklinieken

Hebt u na het lezen van deze folder vragen of opmerkingen, neem dan contact op met uw behandelend arts. 

Polikliniek Nierziekten 

Telefoonnummer: 071-526 37 96 (tussen 09.00 en 12.00 uur) 

E-mail: polinierziekten@lumc.nl

Handige links

Onafhankelijke informatie over geneesmiddelen kunt u vinden op www.apotheek.nl en op de website van het Zorginstituut Nederland: www.farmacotherapeutischkompas.nl