“Ik ben wereldwijzer geworden, waardoor ik opener gesprekken in ga”
&w=710&h=710)
Waarom koos je voor een stageplek op Lesbos?
“Ik vind het leuk om me bezig te houden met andere culturen en ik miste dat wel een beetje in de Geneeskunde- en Huisartsenopleiding. Je wordt toch opgeleid als Nederlandse dokter om in Nederland te werken. Voor mij is de wereld veel meer dan dat. Tegelijkertijd heb ik ook affiniteit met de minderheden van de maatschappij en wil ik ook iets voor hen betekenen. Toen de oproep vanuit de Huisartsenopleiding van het LUMC kwam of iemand geïnteresseerd was om stage te lopen in een vluchtelingenkamp op Lesbos, dacht ik: dit past echt bij mij. Samen met een studiegenoot ben ik er toen heen gegaan.”
Wat waren je belangrijkste verantwoordelijkheden tijdens je stage?
“Veel meer dan ik had verwacht. Het werk komt medisch inhoudelijk best wel overeen met het werk op een huisartsenpost. Er was alleen niet echt directe supervisie. Daarnaast kwam er ook veel communicatie op ons neer, bijvoorbeeld met andere vrijwilligers en overheidsinstanties. Door een grote doorstroom aan artsen en het ontbreken van veel protocollen, kwamen plannen soms moeilijk van de grond. Maar als iemand naar mijn visie chronische zorg nodig had, dan maakte ik me daar wel hard voor.”
Wat heb je in de opleiding geleerd wat je in het vluchtelingenkamp goed kon inzetten?
“De huisartsenopleiding is best wel gericht op communicatie. Je werkt als huisarts met veel partijen samen. Tijdens de opleiding hebben we veel persoonlijkheidstestjes gedaan, zodat we wisten wat de iemand anders nodig had om tot een goede samenwerking te komen. Dat kon ik daar uitstekend gebruiken, omdat je ook met artsen uit andere landen werkt. Die pakten het soms anders aan. Dan ontstonden er weleens meningsverschillen. Dan gaf ik aan dat we het later konden evalueren. We konden er dan ook goed over praten. Dat zijn vaardigheden die ik tijdens de opleiding geleerd heb.”
Hoe heeft de stage bijgedragen aan je professionele ontwikkeling?
“Wat ik het meeste meeneem in mijn professionele carrière is toch wel hoe om te gaan met verschillende culturen. Verschillende culturen hebben een verschillende benadering nodig. Het is belangrijk om je dat te realiseren en daar open voor te staan.”
“Daarnaast heb ik geleerd dat een klacht bijna altijd te maken heeft met de context. En aangezien de context daar heel anders is, zijn de klachten ook anders. Iemand met hoofdpijn in Nederland heeft bijvoorbeeld een hele andere context waar die hoofdpijn vandaan kan komen, dan iemand in een vluchtelingenkamp. Je moet de hele tijd denken in welke context de patiënt zich bevindt. Vaak zit daar ook de behandeloptie in.”
Wat is je het meest bijgebleven?
“De heftige verhalen die ik heb gehoord. Ik heb heel veel bewondering voor de mensen in het vluchtelingenkamp. Als je kijkt naar hoeveel de mensen hebben meegemaakt, hoe veerkrachtig en optimistisch zij eigenlijk nog zijn, dat gaf mijzelf ook hoop. Tegelijkertijd zie je dan hoe oneerlijk het verdeeld is in de wereld.”
“Het is een hele dankbare patiëntengroep. Met kleine dingen kon ik gevoelsmatig veel voor hen betekenen. Iedereen kon bij ons binnenlopen. Het was heel fijn dat ze zich geholpen en gehoord voelden bij ons.”
Hoe was de begeleiding en ondersteuning vanuit het LUMC?
“Dat was supergoed geregeld. Ik had speciaal een tutor aangewezen gekregen vanuit de opleiding met wie mijn studiegenoot en ik veel contact hadden. In principe hadden we afgesproken om één keer per week te videobellen. Daarnaast konden we haar altijd bereiken als we vragen hadden. De lijntjes waren kort.”
“Ook nadat we terug waren uit Lesbos, hebben we nog een aantal bijeenkomsten gehad om na te praten. Dat was heel prettig, omdat het contrast met Nederland groot is. Ik merkte met name dat ik er vrij verdrietig van kon worden. Het was heel prettig om een vertrouwd persoon te hebben die een luisterend oor kon bieden en een beetje perspectief in de situatie kon brengen. Die gesprekken gingen door tot het moment dat ik zei: ‘Het gaat nu weer oké, ik heb het geloof ik niet meer nodig.’. Anders had het waarschijnlijk nog wel door kunnen gaan.”
Wat heb je daar geleerd, wat je nu ook inzet in je werk als huisarts?
“Ik werk nu als waarnemend huisarts in verschillende praktijken en als huisarts in een asielzoekerscentrum. Door mijn stage ben ik wereldwijzer geworden, waardoor ik opener gesprekken in ga. Zo ben ik veel nieuwsgieriger naar de context achter de klacht en probeer ik me meer in te leven in de positie van iemand anders. Ik hoop dat mijn zorg hierdoor verbetert. Ook de creativiteit neem ik mee. Ik kan wel een mooi plan hebben, maar is dat überhaupt haalbaar voor de patiënt? Sommige dingen zijn misschien praktisch onmogelijk om uit te voeren. Daar moet je begrip voor hebben.”