Nieuwe methode brengt ernst en stadia van erfelijke hersenvaatziekte CADASIL in kaart

16 december 2024
leestijd
Onderzoekers van het LUMC hebben in samenwerking met wetenschappers van over de hele wereld een aanpak ontwikkeld die de ernst en de verschillende stadia van CADASIL, een erfelijke ziekte van de kleine hersenvaten, in kaart brengt. De studie is recent gepubliceerd in JAMA Neurology.

V.l.n.r.: CADASIL-onderzoekers dr. Saskia Lesnik Oberstein, dr. Gido Gravesteijn en dr. Julie Rutten.

v.l.n.r. de CADASIL-onderzoekers dr. Saskia Lesnik Oberstein, dr. Gido Gravesteijn en dr. Julie Rutten

CADASIL

Het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) is het Nederlandse expertisecentrum voor de ziekte CADASIL. CADASIL staat voor "cerebraal autosomaal dominante arteriopathie met subcorticale infarcten en leukoencephalopathie". CADASIL is een erfelijke ziekte en wordt veroorzaakt door een foutje in het NOTCH3-gen. Door zo’n foutje, ook wel een mutatie genoemd, wordt in de bloedvaten een verkeerd eiwit gemaakt. Dit verkeerde eiwit hoopt zich op in de wand van de kleine slagaders in de hersenen. De ophoping van het verkeerde eiwit beschadigt de bloedvaten waardoor er minder bloed door de hersenen stroomt en de hersenen te weinig zuurstof krijgen. Omwille van het gebrek aan bloedtoevoer kan iemand een TIA of beroerte krijgen. Door de schade aan de hersenen wordt een aanzienlijk deel veel de patiënten na verloop van tijd ook dement. Daarnaast komen ook andere klachten voor zoals ernstige hoofdpijnaanvallen (migraine met aura) en depressies.

CADASIL-patiënten worden geboren met een mutatie in het NOTCH3-gen. Deze mutatie hebben ze bijna altijd van hun vader of moeder, die de ziekte ook heeft, overgeërfd. Omdat de ophoping van het verkeerde eiwit toeneemt in de tijd, krijgen patiënten hun eerste symptomen vaak op volwassen leeftijd, gemiddeld rond het 50ste levensjaar. Maar de beginleeftijd en de ernst van de klachten bij CADASIL kunnen van persoon tot persoon sterk verschillen. Een goede manier voor artsen en onderzoekers om de verschillende mate van ernst van de ziekte te beschrijven, was er tot nu toe niet.

Een breed ziektebeeld

CADASIL-onderzoekers van de afdeling klinische genetica van het LUMC ontdekten in 2016 dat mutaties in het NOTCH3-gen veel voorkomen in de algehele bevolking. 1 op de 300 personen heeft een NOTCH3-mutatie, terwijl CADASIL een zeldzame aandoening is. Zo ontdekten zij dat niet iedereen met een NOTCH3-mutatie de ernstige ziekte CADASIL ontwikkelt en dat er veel verschillende mutaties in het NOTCH3-gen zijn. “Dankzij ons onderzoek kwamen we tot de ontdekking dat niet alle NOTCH3-genmutaties even ernstig zijn en dat sommige patiënten een veel milder ziektebeloop hebben dan anderen,” aldus Dr. Julie Rutten. “Het brede ziektebeeld van milde tot ernstige klachten noemen we ‘NOTCH3-small vessel disease’. De meest ernstige vorm van ‘NOTCH3-small vessel disease’ noemen we CADASIL.”

“De sterke verschillen in de ernst van de ziekte bij iemand met een NOTCH3-mutatie was voor ons de aanleiding om een aanpak te ontwikkelen waarmee artsen en onderzoekers op een makkelijke en duidelijke manier de ernst van de ziekte kunnen beschrijven voor iedere persoon met een NOTCH3-mutatie. De aanpak om de ziektestadia te beschrijven wordt bepaald door de ernst van de afwijkingen op de MRI-scan van de hersenen en de ernst van de klachten in het dagelijks leven”, zegt dr. Saskia Lesnik Oberstein.

Wereldwijde samenwerking

Dr. Gido Gravesteijn: “Om de aanpak voor het beschrijven van de ziektestadia te ontwikkelen, hebben we gegevens gebruikt van 195 Nederlandse patiënten met CADASIL die mee hebben gedaan aan ons onderzoek. Op basis van deze gegevens hebben we de ziekte opgesplitst in vijf stadia die het natuurlijk beloop van de ziekte volgen. De stadia gaan van stadium 0 (voordat er klachten ontstaan) tot aan stadium 4 (eindstadium). Iedere patiënt met een NOTCH3-genmutatie kan op basis van de MRI-scan van de hersenen en een paar simpele vragen worden ingedeeld in één van de ziektestadia. In ons onderzoek laten we zien dat deze stadia overeenkomen met andere maten voor de ernst van de ziekte zoals de leeftijd bij de eerste beroerte.”

De nieuwe aanpak voor het beschrijven van de ziektestadia is daarna getest in bijna tweeduizend mensen met CADASIL uit vijftien landen. Gravesteijn: “Het is voor het eerst dat er in dit onderzoeksveld zo’n grote studie is gedaan met gegevens van CADASIL-patiënten uit de hele wereld. Ons onderzoek toont aan dat deze aanpak een simpele maar effectieve manier is om te beschrijven in welk ziektestadium een patiënt zich bevindt. Het systeem kan nu gebruikt worden in wetenschappelijk onderzoek en als hulpmiddel in de patiëntenzorg.”

Meer weten?

Wil je meer lezen over dit onderzoek? De wetenschappelijke publicatie is gepubliceerd in JAMA Neurology. In de patiëntenfolder vind je meer informatie over erfelijke aandoeningen van de (kleine) bloedvaten in de hersenen. Je kan het onderzoek naar CADASIL ook steunen.

Deze studie is mede mogelijk gemaakt door de Bontius Stichting. Deze stichting helpt bij het werven van aanvullende financiering voor wetenschappelijk onderzoek van het LUMC. Dit doen ze onder andere dankzij donaties. Op de website van de Bontius Stichting kan je meer lezen over de stichting en hoe je zelf kunt bijdragen aan het wetenschappelijk onderzoek van het LUMC. 

Foto: Beschrijving ernst en ziektestadia CADASIL

Beschrijving ziektestadia CADASIL.png