Promotie: Winst met automatische zuurstoftitratie bij te vroeg geborene

3 november 2022
leestijd
De meeste te vroeg geborenen, ook wel prematuren, hebben tijdens opname op de neonatale intensive care langdurig beademing en zuurstoftherapie nodig. De hoeveelheid zuurstof die nodig is kan gedurende de dag erg fluctueren. Verpleegkundigen moeten dan handmatig extra zuurstof toedienen en als het zuurstofgehalte weer op peil is, weer voorzichtig afbouwen.

In het LUMC wordt sinds 2015 het titreren van zuurstof automatisch gedaan, als een van de eerste ziekenhuizen ter wereld. Arts-onderzoeker Hylke Salverda doet sinds 2017 promotieonderzoek naar die automatische zuurstoftitratie op de neonatologie in het LUMC. Hieruit kwam naar voren dat er op korte termijn veel winst behaald wordt en dat de onderzoekers in de goede richting bewegen. Salverda verdedigt zijn proefschrift op donderdag 3 november.

“Het regelen van de zuurstoftitratie luistert heel nauw, net te weinig maar ook net te veel zuurstof kan schade aan hun onrijpe organen geven”, vertelt Salverda. Uit het onderzoek bleek dat automatische zuurstoftitratie wel leidde tot een kortere beademingsperiode, maar geen verschil gaf in uitkomsten op 2-jarige leeftijd. Het in gebruik nemen van een nieuwe zuurstofregelaar in 2018 heeft tot nog meer verbetering geleid. Prematuren bleven vaker binnen de zeer smalle therapeutische marge, er was nog minder beademing nodig en er trad minder vaak retinopathie op. Dat is een netvliesaandoening die onbehandeld kan leiden tot blindheid.

Onderzoek

“We hebben eigenlijk twee soorten onderzoek gedaan. In de eerste fase van het onderzoek hebben we gekeken hoe goed twee verschillende zuurstofregelaars de zuurstofsaturatie in het bloed binnen de smalle therapeutische marge houden. Premature kinderen werden 24 uur behandeld met de ene regelaar en dan 24 uur met de andere regelaar. Dit klinkt eenvoudig maar heeft behoorlijk wat voeten in de aarde: ouders moesten in een moeilijke periode overwegen of zij hun kind willen laten deelnemen aan wetenschappelijk onderzoek. Daarnaast waren er regelaars ingebouwd in verschillende beademingsapparaten en moesten deze dus door de verpleegkundigen en het onderzoeksteam gewisseld worden op de helft van de studieperiode. Tot slot moesten we software op maat maken voor het verzamelen van de data van de beademingsmachines, omdat dit door de fabrikant niet ondersteund werd.”, aldus de onderzoeker. 

In de tweede fase van het onderzoek hebben de onderzoekers van bijna 750 kinderen gegevens verzameld. Ongeveer de helft van de kinderen werd behandeld met handmatige titratie en de andere helft met automatische titratie. De verzamelde gegevens waren ontwikkeling scores, gegeven medicatie en therapieën maar ook metingen tijdens opname zoals hartslagen, zuurstofsaturaties en toegediende zuurstofconcentratie. Deze data is uiteindelijk gebruikt om te kijken naar de korte en lange termijn uitkomsten van automatische zuurstoftitratie.

Simulatie-baby

“Ondanks alle verbeteringen die de afgelopen jaren zijn gemaakt op de neonatologie hebben we dagelijks nog steeds veel prematuren die kampen met complicaties, op korte en lange termijn. Voor automatische zuurstoftitratie hebben we nu een uitgangspositie en vanuit hier kunnen we onderzoeken hoe automatische zuurstoftitratie verder verbeterd kan worden waardoor ook 2-jaars uitkomsten verbeteren, morbiditeit vermindert en uiteindelijk meer prematuren een normaal leven kunnen leiden.”, vertelt de onderzoeker hoopvol.

Momenteel bevindt Salverda zich in Tasmanië, Australië. Hij houdt zich bij de University of Tasmania bezig met het maken van een simulatie-baby die onderzoekers kunnen gebruiken om alle automatische zuurstofregelaars -er zijn er zes- te vergelijken onder dezelfde omstandigheden. Hiermee kunnen onderzoekers clinici over de hele wereld inlichten over wat zij kunnen verwachten van een bepaald type regelaar. Het testen van meer dan twee verschillende regelaars bij prematuren is lastig omdat er in korte tijd veel kan gebeuren tijdens een opname, waardoor de studie beïnvloed wordt. Prematuren kunnen bijvoorbeeld plots verbeteren of juist zieker worden. Door het gebruik een simulatiepatiënt worden de regelaars het eerlijkst vergeleken en zijn er geen proefpersonen nodig.

Tijdens zijn promotietraject werd Salverda begeleid door Arjan te Pas van het LUMC en Peter Dargaville van de University of Tasmania in Australië. Donderdag 3 november verdedigt hij zijn proefschrift.