Promotie: Nieuwe inrichting wachtlijst levertransplantatie kan levens redden

30 juni 2022
leestijd
Als je het vraagt aan arts-onderzoeker Ben Goudsmit van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), wordt de wachtlijst voor levertransplantatie weinig intuïtief opgesteld. Dat de mensen die het meest ziek zijn bovenaan de lijst horen te staan, spreekt voor zich. Maar hoe precies bepaald wordt wie het ziekst is, dat valt nog flink te verbeteren.

Goudsmit stelt daarom nieuwe methodes voor, die in theorie het aantal patiënten dat overlijdt tijdens het wachten met vijf procent terugdringt. Op 29 juni heeft hij zijn proefschrift cum laude verdedigd.

“Stel, je probeert in te schatten welke bewoners van een bejaardenhuis als eerste komen te overlijden. Dan verwacht je dat iemand die recent is gevallen relatief hoog op die lijst staat. Maar als een kind valt, dan verwacht je niet dat die daardoor eerder overlijdt. Vallen is dus geen maatstaf die voor iedereen even zwaar telt”, zegt Goudsmit. “Toch zijn op de wachtlijst voor levertransplantatie vergelijkbare kromme maatstaven van toepassing, waardoor de meest hulpbehoevenden niet altijd bovenaan staan.”

Met zijn onderzoek heeft de arts-onderzoeker een nieuw gewicht gehangen aan de bloedwaardes die de volgorde bepalen op de wachtlijst voor levertransplantatie, zodat ze beter passen bij een Europeaan anno 2022. De huidige methode die de wachtlijstvolgorde bepaalt is immers 20 jaar geleden ontwikkeld voor Amerikanen.

Minder overlijdens

De verbeterde methodes van Goudsmit zijn specifiek gemaakt voor de levertransplantatiewachtlijst, maar volgens hem zijn ze ook toepasbaar op andere vakgebieden. “Als onze nieuwe modellen in gebruik worden genomen, dan kan dat volgens onze schattingen het aantal patiënten dat overlijdt tijdens het wachten met vijf procent terugdringen.”

Momentopname

 “De volgorde op de wachtlijst wordt nu nog bepaald met een voorspellend model waaruit een zogeheten MELD-score komt. Hoe hoger de score, hoe hoger je plek op de wachtlijst”, legt Goudsmit uit. Zo’n model gebruikt verschillende factoren om tot een voorspelling te komen, namelijk bepaalde stoffen in het bloed die de nier- en leverfunctie meten, zoals bilirubine en creatinine.

Volgens Goudsmit is de MELD-score slechts een momentopname. Hij heeft daarom een zogeheten 'joint model’ ontwikkeld dat het verloop van de gezondheid bijhoudt en dáárop voorspellingen baseert. “Dat klinkt heel intuïtief, maar die twee componenten samenvoegen bleek heel moeilijk.”

Kwestie van implementeren

Goudsmit heeft statistisch en klinisch laten zien dat zijn methoden beter kunnen voorspellen en dat daardoor levens gered kunnen worden. De verantwoordelijkheid van het implementeren van de nieuwe modellen ligt bij Eurotransplant, de stichting die donororganen toewijst. “Het ‘joint model’ toepassen is best ingewikkeld, maar de benodigde gegevens worden al verzameld. Het is dus een kwestie van implementeren”, aldus de arts-onderzoeker. “Hoewel je pas weet hoe goed iets werkt als je het daadwerkelijk in de praktijk test, weet ik één ding zeker: voor deze nieuwe methodes is meer bewijs van verbetering geleverd dan voor de huidige modellen die in Nederland de volgorde op de wachtlijst voor levertransplantatie bepalen.”

Tijdens zijn promotietraject werd Goudsmit begeleid door chirurg Dries Braat, maag-, darm-, leverarts Bart van Hoek statisticus Hein Putter.