Van stageopdracht tot de Europese markt: door LUMC-product kunnen chirurgen nu tumoren beter opsporen
Wat komt daar allemaal bij kijken?
In 2014 begon Matthias van Oosterom, nu postdoc bij de afdeling Radiologie, zijn stage bij de Interventional Molecular Imaging group in het LUMC. Zijn opdracht: iets ontwikkelen waardoor prostaattumoren beter opgespoord kunnen worden tijdens beeldgeleide operaties. “Bij beeldgeleide operaties, zoals radiogeleide chirurgie, krijgen patiënten eerst een tracer toegediend die in de tumor gaat zitten. Met een probe die de tracer opspoort weet de chirurg wanneer hij of zij in de buurt zit van de tumor. Hierdoor kan al het tumorweefsel veel nauwkeuriger verwijderd worden”, vertelt Van Oosterom.
Frustratie voor chirurgen
Binnen de urologie wordt veel gebruik gemaakt van laparoscopische chirurgie met behulp van een operatierobot. “Bij deze operatievorm kan de traditionele opsporings gamma-probe eigenlijk niet goed gebruikt worden, omdat deze probe bestaat uit een onbuigzame staaf”, zegt Van Oosterom. “De bewegingsvrijheid van de probe is dan erg beperkt omdat het door een klein gaatje de buik ingaat. Daarnaast kan de chirurg de probe niet bedienen met de robot en moet er een assistent aan te pas komen.” Een frustratie voor chirurgen. En dus tijd voor een oplossing.
Een LUMC-productie
Van Oosterom klopte al snel met zijn ideeën aan bij de interne werkplaats van het LUMC, de afdeling Ontwikkeling Instrumentele Zaken. In de kelder van het onderzoeksgebouw bedenken en maken zij diverse elektronische en mechanische instrumenten die in het LUMC nodig zijn. “Onze afdeling helpt LUMC-medewerkers met de ontwikkeling van unieke medische hulpmiddelen en unieke experimentele opstellingen”, zegt afdelingshoofd Jerry van der Ploeg.
“Met de hulp van de werkplaats zijn we aan het ontwerpen geslagen. We hebben veel prototypes gemaakt met een 3D-printer”, vertelt Van Oosterom. Deze nieuwe prototypes werden vervolgens door de chirurgen ‘droog’ getest. Latere versies werden ook op weefsel getest.
In de hoek van de OK
Toen Van Oosterom na zijn stage een PhD begon, bleef hij daarnaast zijn stageopdracht verder uitwerken. Om tot een optimaal product te komen was de ervaring van chirurgen natuurlijk erg belangrijk. “Het voordeel is dat we dit product samen met instrumentmakers en chirurgen hebben ontwikkeld. We stonden letterlijk in de hoek van de operatiekamer en konden meteen zien wat wel en niet werkte voor de chirurg.”
En uiteindelijk was daar na een aantal jaar de definitieve DROP-IN gamma probe. “Deze probe is klein en zit vast aan een flexibele kabel. Deze laat je via een kleine incisie in het lichaam zakken, vandaar de naam drop-in. Vervolgens kan de chirurg de probe met zijn robotinstrumenten oppakken en op zoek gaan naar de tumor”, vertelt Van Oosterom. Van der Ploeg vult aan: “De probe is veel wendbaarder en we hebben hem zo gemaakt dat hij perfect past in de instrumenten van de operatierobot. Veel gebruikersvriendelijker dus.”
En nu de markt op
In 2018 is de eerste patiënt met prostaatkanker geopereerd met de probe. Inmiddels staat de teller op 40. Dat aantal zal alleen maar oplopen nu het LUMC-product een CE-certificering krijgt. Met deze certificering mag het namelijk ook in andere ziekenhuizen worden gebruikt. Aangezien het krijgen van deze certificering veel tijd en geld kost, zijn de LUMC’ers in zee gegaan met een industriële partner die veel ervaring heeft met deze opsporingstechnologie. “Door samen te werken met een bedrijf kunnen we veel grotere stappen maken voor de commercialisatie”, vertelt Van Oosterom. “Daarnaast creëert het product voor hen een nieuwe markt. We vullen elkaar dus goed aan”, zegt Van der Ploeg.
Een LUMC brede samenwerking
Het hele proces duurde uiteindelijk bijna 6 jaar. Van Oosterom: “Het is heel mooi om te zien dat al het werk, en in zekere zin mijn masterstage, nu wordt beloond met de CE-certificering van het product.” Ook Van der Ploeg is enthousiast. “Het is heel leuk om in zo’n proces de passie van een onderzoeker te zien en te delen. Daarnaast is het meedenken met de arts of onderzoeker en het aangaan van nieuwe samenwerkingen binnen het LUMC natuurlijk hartstikke mooi. Het was echt een LUMC brede team effort. Daarnaast werkten er ook mbo-studenten van de Leidse Instrumentmakers school mee aan de probe, wat de regionale samenwerking met opleidingsinstituten bevordert”, zegt Van der Ploeg.
Uitbreiding vakgebieden
Door deze DROP-IN gamma probe is er een volgende stap gezet voor beeldgeleide chirurgie en kan nu dus ook een chirurgische robot radiogeleid opereren. Tot nu toe is het product alleen nog maar ingezet bij prostaatkanker. “Ik verwacht dat deze techniek ook bij andere specialisaties, zoals de gynaecologie, ingezet kan worden. Ik kijk ernaar uit om te zien welke weg ‘onze’ probe na CE-certificering zal afleggen”, zegt Van Oosterom.
Alle activiteiten binnen het Interventional Molecular Imaging-Laboratory draaien om de ontwikkeling van innovatieve technologieën die 'het onzichtbare zichtbaar maken'. En zo nieuwe vormen van (moleculair) beeldgeleide therapie mogelijk maken. Hierbij ligt de nadruk vooral op het creëren van een naadloze overgang tussen de diagnostische beeldvorming bij radiologie en de beeldgeleiding die nodig is voor precisiechirurgie. Dit leidt uiteindelijk tot een nauwkeurigere behandeling met minimale bijwerkingen.
Dit project werd gefinancierd door de NOW binnen het domein van Toegepaste en Technische wetenschappen (TTW).